skip to main content

Walmart daagt leveranciers uit duurzamer te zijn

Walmart Brazilië wil zijn voetafdruk verkleinen zonder de prijzen te verhogen en vraagt Cargill de succesvolle Liza®-spijsolie aan te passen.

January 01, 2015

In 2008 richtte Walmart Brazilië de pijlen op duurzaamheid en richtte het End-to End Project op, een initiatief dat klanten moest inspireren om hun productaanbod milieuvriendelijker te maken. Met dit initiatief werden tien van de belangrijkste leveranciers van Walmart Brazilië uitgedaagd om duurzame bedrijfsvoering toe te passen op bestaande producten, zij het door het verfijnen van processen, wijzigen van verpakking, vervangen van bestaande ingrediënten of al deze zaken, maar zonder hogere kosten voor consumenten.

In uitbreiding op de wereldwijde toewijding aan verantwoord ondernemen nam Cargill de uitdaging aan en bekeek het bedrijf de Liza-spijsoliën, een populair merk dan in meer dan 30 miljoen huishoudens in Brazilië te vinden is.

Het team richtte zich eerst op het opnieuw ontwerpen van de plastic flessen van Liza. Het hoogwaardige merkimago moest worden behouden, het was cruciaal dat de fles er niet "kwetsbaar" uit zag. Het nieuwe ontwerp voldeed aan deze eis en hield het merkimago in stand, met 10% minder materiaal.

Om de productie duurzamer te maken gebruikte Cargill de nieuwe sojaverwerkingsfabriek in Mato Grosso, ten noordwesten van het hoofdkantoor van Walmart Brazilië in São Paulo. Deze fabriek is speciaal door Cargill ontwikkeld voor bronnenbesparing en beschikt over een boiler die wordt gestookt met op hout gebaseerde biomassa (in plaats van fossiele brandstoffen) en turbines die rechtstreeks door het stoom van de boiler worden aangedreven. Dit systeem genereert 60% van de benodigde elektriciteit.

Na de herziening van het spijsolieproces veranderde Cargill ook de manier van levering. Door de transportlogistiek onder de loep te nemen kon energie worden bespaard en de uitstoot van broeikasgassen worden verminderd. Het team ontwikkelde efficiëntere distributieroutes en verkleinde het wagenpark door beter gebruik te maken van laadruimte en geloste voertuigen niet leeg terug te laten rijden.

Na 18 maanden presenteerde het team de resultaten aan Walmart en rapporteerde 26% minder watergebruik, 56% minder gebruik van fossiele brandstoffen en een 40% lagere uitstoot van broeikasgassen.

Dankzij het succes van het End-to-End Project in Zuid-Amerika overweegt Walmart nu een tweede ronde voor haar werkzaamheden in de VS.